Wat is er leuker dan kinderrijmpjes en oude kinderliedjes van vroeger eens uit de oude doos te halen. Een greep van vroeger, van de oude kinderliedjes en kinderrijmpjes die wij als kleuters meekregen in de jaren 70!
Rijmpjes en versjes uit de oude doos
Als je iemand moest uitzoeken die met iets moest beginnen, zoals verstoppertje, gebruikten we ‘Iene miene mutte’ – de variant van ‘steen, papier, schaar’.
Functionele rijmpjes uit de oude doos:
Iene miene mutte
Iene miene mutte,
tien pond grutten,
tien pond kaas,
Iene miene mutte is de baas.
A, f, af
jij
krijgt
de
straf
Naar bed, naar bed, zei Duimelot tekst
Naar bed, naar bed, zei Duimelot.
Eerst nog wat eten, zei Likkepot.
Waar gaan we dat halen, zei Lange Jan
In grootmoederskastje, zei Ringeling
Dat ga ik verklappen, zei het kleine ding!
Dit is een leuk vinger rijmpje voor als je kind gaat slapen.
(Duimelot is je duim, Likkepot de wijsvinger, Lang Jan de middelvinger, Ringeling de ringvinger en ’t kleine ding de pink).
In spin de bocht gaat in tekst
In
spin
de bocht gaat in.
Uit
spuit,
de bocht gaat uit.
(Herhalend op touwspringen, waarbij telkens een kind erin kwam, een keer mee sprong en dan weer eruit sprong)
We gaan nog niet naar huis
En we gaan nog niet naar huis,
nog lang niet, nog lang niet,
en we gaan nog niet naar huis,
want moeder is niet thuis!
(herhalen, zolang als je wilt)
Ben je boos pluk een roos tekst
Ben je boos,
pluk een roos.
Zet ‘m op je hoed,
dan ben je morgen weer goed!
Lastige uitprekers:
Liesje leerde Lotje lopen tekst
Liesje leerde Lotje lopen langs de lange Linde laan
Koetsier poetst de postkoets tekst
De koetsier poetst de postkoets
Versjes uit de oude doos:
Jan Huigen in de ton tekst
Jan Huigen in de ton,
met een hoepeltje erom,
Jan Huigen,
Jan Huigen,
en de ton die viel in duigen
Zeg ken jij de mosselman tekst
Zeg ken jij de mosselman,
de mosselman, de mosselman.
Zeg ken jij de mosselman,
die woont in Scheveningen.
Ja ik ken de mosselman,
de mosselman, de mosselman,
ja ik ken de mosselman,
die woont in Scheveningen
Samen kennen wij de mosselman,
de mosselman, de mosselman,
samen kennen wij de mosselman,
die woont in Scheveningen.
Altijd is Kortjakje ziek tekst
Altijd is Kortjakje ziek,
midden in de week maar zondags niet.
Zondags gaat zij naar de kerk,
met een boek vol zilverwerk.
Altijd is Kortjakje ziek,
midden in de week, maar zondags niet.
‘k Zag twee beren broodjes smeren tekst
‘k Zag twee beren broodjes smeren,
oh dat was een wonder!
’t Was een wonder,
bovenwonder,
dat die beren smeren konden.
Hi hi hi,
Ha ha ha,
‘k Stond erbij en ik keek ernaar!
Slaapliedjes
Slaap, kindje slaap tekst
Slaap, kindje slaap,
daarbuiten loopt een schaap.
Een schaap met witte voetjes,
die drinkt z’n melk zo zoetjes.
Slaap, kindje slaap,
daarbuiten loopt een schaap.
Ik ga slapen, ik ben moe tekst
Ik ga slapen, ik ben moe,
‘k sluit mijn beide oogjes toe.
Here houd ook deze nacht,
over mij getrouw de wacht,
amen.
In de Haagse stoomtrein zat een krokodil
(dit zong mijn schoonmoeder, geb. jaar 1937, altijd voor mijn zoon!)
In de Haagse stoomtrein zat een krokodil.
Ieder die voorbij kwam, beet ‘ie in zijn bil.
Lelijke, stoute krokodil!
Mag niet bijten in mijn bil!
‘k Zal de politie halen,
dan moet jij betalen!
Klap eens in je handjes tekst
Klap eens in je handjes,
blij, blij, blij.
Op je boze bolletje, allebei.
Handjes in de lucht,
handjes in de zij:
Zó varen de scheepjes voorbij,
zó varen de scheepjes voorbij.
Berend Botje ging uit varen tekst
Berend Botje ging uit varen,
met z’n scheepje naar Zuidlaren.
De weg was recht, de weg was krom,
nooit kwam Berend Botje weerom.
Een, twee, drie, vier, vijf, zes, zeven
waar is Berend Botje gebleven?
Hij is niet hier, hij is niet daar,
hij is naar Amerika
Amerika, Amerika,
driemaal in de rondte van je hopsasa.
Amerika, Amerika,
driemaal in de rondte van je hopsasa.
Twee emmertjes water halen
Twee emmertjes water halen,
twee emmertjes pompen.
De meisjes op de klompen,
de jongens op de houten been.
Rij maar door mijn straatje heen.
Van je ras ras ras,
rijdt de koning door de plas.
Van je voort voort voort,
rijdt de koning door de poort.
Van je erk erk erk,
rijdt de koning door de kerk
Van je één – twee – drie!
Poesje mauw tekst
Poesje mauw,
kom eens gauw!
Ik heb lekk’re melk voor jou.
En voor mij,
rijstebrij,
oh wat heerlijk smullen wij!
Hondje waf,
Waf waf waf.
Blijf eens van mijn lekkers af.
Kom eens hier,
aardig dier.
Oh wat hebben wij plezier!